Schematiseringsfase & onderscheid tussen geslachten 

Schematiseringsfase: 5 tot 7 jaar

Vanaf een jaar of vijf zie je dat kinderen steeds meer een echte vorm gaan geven aan wat ze zien. Armen en benen worden steeds vaker getekend waar ze horen: de armen boven aan het lijf en de benen eronder. Het hoofd van de persoon of het dier wordt duidelijk afgescheiden van het lijf. Dit soort kenmerken luidt het begin van de schematiseringsfase in. Een belangrijk aspect van de schematiseringsfase is het aanleren van vaste vormen voor bepaalde onderwerpen. Een huis heeft altijd dezelfde vorm en opbouw. Dat geldt ook voor bijvoorbeeld een vliegtuig, bezem, paard, vogel, bloem en nog veel andere onderwerpen van tekeningen. Een kind op deze leeftijd zal een ster altijd op precies dezelfde manier tekenen en ook een bloem ziet er altijd hetzelfde uit.

Pengreep

Tussen de 5 en 7 jaar leren kinderen de pengreep. Deze onstaat meestal vanzelf als de hand zover is ontwikkeld. Er is sprake van een driehoek tussen duim, wijsvinger en middelvinger. De duim en de wijsvinger, licht gebogen, sturen aan, terwijl de middelvinger ondersteunt. de bewegingen worden kleiner, de pols gaat meebewegen en draaien en met de vingers worden de kleinere bewegingen gemaakt die nodig zijn om details te tekenen.

Tekenen wat je weet

In deze fase tekenen kinderen steeds vaker wat ze weten in plaats van wat ze zien. Hun fijne motoriek ontwikkelt zich verder, maar ook weten ze meer over de wereld. Hun kennis wordt groter en ze kunnen zich veel beter een werkelijkheid voorstellen, ook als ze die niet direct zien. Je ziet dat kinderen op een gegeven moment dingen als haren op een hoofd meer realistisch gaan tekenen, dus met heel veel kleine strepen. Er komen wimpers en wenkbrauwen bij de ogen en ieder mens ziet er anders uit. Papa heeft kort haar en een broek, mama lang en een rok.

Onderscheid geslachten

Een belangrijk kenmerk in deze fase is het steeds duidelijker onderscheid in mannen en vrouwen. Vrouwen krijgen rondere vormen en mannen worden wat hoekiger getekend. De haren en kleding spelen een belangrijke rol bij het verduidelijken van het verschil tussen mannen en vrouwen. Soms wordt de vrouw op het papier groter afgebeeld dan de man of andersom. Dat kan komen doordat een van de ouders een grotere rol speelt bij het opvoeden. Daarom beeldt het kind de ene ouder groter af dan de andere.

Werkelijkheid gecombineerd met fantasie

Tekeningen van kinderen vanaf 6 jaar worden steeds realistischer. Je merkt dat kinderen oog hebben voor wat er in de wereld te zien is. Ze willen graag dat de tekenening 'echt' lijkt. Toch is het onderscheid tussen fantasie en werkelijkheid nog niet altijd duidelijk in de tekeningen. Zo kan het kind heel goed een huis tekenen, maar kan het dat huis prima schuin op het papier zetten of op de kop. De werkelijkheid en de fantasie in de tekeningen van deze kinderen lopen meestal nog volledig door elkaar.

Lucht en aarde

De lucht en de aarde worden gebruikt als grenzen van het vel papier. De tekening zit eigenlijk tussen de lucht en de grond ingeklemd waardoor het kind houvast heeft. De grond is altijd onderaan het papier en de lucht altijd bovenaan. Het streepje lucht voelt veilig, als een soort bescherming. Kindertekeningen gaan steeds meer details vertonen. Het kind tekent baby's in de buik, pijn in het hoofd of hoe hij zich voelt. Verhoudingen kloppingen nog niet en kinderen zijn nog niet in staat om diepte te gebruiken, maar de tekeningen worden echte verhaaltjes tussen personen en dieren. Het is vaak een leuke periode waarin het kind spontaan en vrijmoedig tekent.

TEKENTAAL (4.3), Marlon&Floor, Pedagogiek, toetsopdracht
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin